Onderzoekers
van Sanquin hebben samen met Reade, centrum
voor revalidatie en reumatologie, de concentratie-effect
curve van TNF-remmer adalimumab voor het gebruik bij reumatoïde artritis
bepaald. Daarbij vonden ze een optimale bloedspiegel van 5-8 µg/ml. Hiermee is
het voortaan mogelijk om de behandeling per patiënt te optimaliseren tegen zo
laag mogelijke kosten.
Apotheker
Mieke Pouw van Sanquin, en Charlotte
Krieckaert, arts-onderzoeker bij Reade, bepaalden de concentratie-effectcurve
van adalimumab. Ze correleerden daarvoor de
medicijnspiegel in het bloed van 221 reumapatiënten na een half jaar
behandeling met adalimumab aan de ziekteactiviteitscore (DAS 28). Op die manier
vonden ze dat hoe hoger de concentratie adalimumab is, hoe lager de DAS-score,
met een optimum van 5 tot 8 µg/ml. Daarboven wordt geen extra verlichting van
de klachten meer gezien. Een derde van de patiënten bleek hogere bloedspiegels
dan 8 µg/ml te hebben. Het zou een forse kostenbesparing betekenen als deze
patiënten voortaan met een lagere dosering toe kunnen. Verder vonden de
onderzoekers hogere bloedspiegels bij patiënten die naast adalimumab gelijktijdig
methotrexaat gebruiken. “Dit medicijn heeft een gunstig effect op de
bloedspiegel van adalimumab, omdat het de vorming van remmende antistoffen
tegen adalimumab tegengaat, en daarnaast van zichzelf een ziekteverlagende
werking heeft”, vertelt Pouw, die promotieonderzoek
doet bij de onderzoeksgroep van Theo Rispens bij de afdeling Immunopathologie
van Sanquin Research.
Dosering
op maat
Vanaf
het begin dat patiënten bij Reade met adalimumab werden behandeld, zo’n tien
jaar geleden, zijn er regelmatig bloedmonsters afgenomen, waarin de dalspiegel
bij Sanquin Diagnostiek is bepaald. In principe gebruiken alle patiënten dezelfde
dosis adalimumab, een keer per twee weken 40 µg subcutaan. “We zagen tussen de
patiënten grote verschillen in de spiegels. Dat heeft in de eerste plaats met
antistofvorming te maken, maar ook met comedicatie en
patiënt-gebonden verschillen: iedereen is anders. Om voor elke patiënt
de dosering op maat af te kunnen stellen moeten we wel weten waar we op moeten
mikken”, zegt Gertjan Wolbink, als reumatoloog verbonden aan zowel Reade als Sanquin. “Tot nog toe tastten we in
het duister. Nu we de concentratie-effectcurve hebben bepaald gaan de gordijnen
open.” Inmiddels is bij Reade een nieuwe
studie gestart waarbij de dosering per patiënt wordt aangepast. “We laten de
patiënten met hoge adalimumabspiegels minder vaak spuiten.
Behalve dat dit kostenbesparend is, wil de patiënt zelf ook liever geen hogere
medicijnconcentraties in zijn bloed dan nodig is, dat voelt veiliger. De
praktijk moet uitwijzen of dan dezelfde verbetering van de ziekteverschijnselen
wordt bereikt.” De eerste resultaten van de studie worden in de loop van dit
jaar verwacht. Het is niet zeker of dezelfde optimale spiegel voor adalimumab
ook bij andere ontstekingsziektes zoals de ziekte van Crohn of de ziekte van
Bechterew geldt. “Dat willen we graag uitzoeken, net als de optimale dalspiegel
van andere biologicals. We zijn daar mee bezig, maar de aantallen patiënten
zijn nog te klein om daar een uitspraak over te kunnen doen”, stelt Wolbink.
Nieuwe
robots
Bij
de afdeling Biologicals van Sanquin Diagnostiek zijn het afgelopen jaar nieuwe
robots in gebruik genomen voor de spiegelbepalingen. “Nu de behandeling kan
worden aangepast op basis van onze uitslagen,, is het belang om betrouwbaar en
reproduceerbaar te meten nog groter geworden”, zegt labhoofd Desiree van de
Kleij. “Daarom proberen we alle testen zoveel mogelijk te automatiseren.
Daarnaast zijn we ook bezig met het uitwisselen van monsters tussen
verschillende labs in binnen en buitenland, om zeker te zijn dat overal in de
wereld hetzelfde wordt gemeten. De lijst van biologicals waarvoor we testen
aanbieden wordt steeds langer, en ook het aantal inzendingen zien we groeien,
vanuit Nederlandse ziekenhuizen maar ook internationaal”.
Eerder verschenen in Bloedbeeld maart 2014
Eerder verschenen in Bloedbeeld maart 2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten