zaterdag 2 augustus 2014

Betere herkenning van gevaarlijke antistoffen tegen bloedplaatjes bij zwangerschap kan ernstige bloedingen bij baby’s voorkomen

Elk jaar komen zo’n 150 baby’s ter wereld die lijden aan de aandoening Foetale/Neonatale Allo-immuun Trombocytopenie (FNAIT). Deze aandoening kenmerkt zich door bloedingen, variërend van huidbloedingen, orgaanbloedingen tot zelfs zeer ernstige hersenbloedingen, die al tijdens de zwangerschap kunnen optreden. Een deel van deze baby’s overlijdt of wordt doof, blind of spastisch geboren. Betere herkenning van gevaarlijke antistoffen tegen bloedplaatjes bij de zwangerschap kan deze ziekte voorkomen.

Hoe ontstaat FNAIT?

FNAIT ontstaat door een tekort aan bloedplaatjes, kleine cellen die nodig zijn voor het voorkomen van bloedingen. Bij FNAIT worden de bloedplaatjes van het kind afgebroken door antistoffen van hun moeder. Zwangere vrouwen kunnen deze antistoffen ontwikkelen als ze een andere vorm van een bepaald eiwit op hun bloedplaatjes hebben dan de foetus. In circa 25% van die gevallen leiden deze antistoffen tot ernstige bloedingen. Rick Kapur, arts en promovendus bij de onderzoeksgroep van Gestur Vidarsson van de afdelingExperimentele Immunohematologie van Sanquin, heeft de FNAIT-antistoffen onder de loep genomen en ontdekte dat je aan de suikersamenstelling kunt zien welke antistoffen het gevaarlijkst zijn.
“Voor een goede behandeling is het van groot belang om de zwangeren die het meeste risico lopen er uit te kunnen pikken,” legt Kapur uit. “De concentratie van de FNAIT-antistoffen in het bloed van moeder bleek daarvoor lang niet altijd voorspellend te zijn.” Rick Kapur richtte zich op de suikersamenstelling van FNAIT-antistoffen. “We vonden dat het suikermolecuul fucose sterk verlaagd voorkwam bij de FNAIT-antistoffen. En hoe lager het fucosegehalte, hoe minder bloedplaatjes bij de pasgeborene werden geteld, en hoe groter de kans op ernstige bloedingen.”

Afbraak van bloedplaatjes door antistoffen met weinig fucose

Hoe leidt dat lage fucosegehalte nu tot een verlaagd aantal bloedplaatjes? Bij afbraak van de bloedplaatjes zijn ook bepaalde immuuncellen van de foetus betrokken, die in actie komen als de antistoffen aan de bloedplaatjes zijn gebonden. Deze opruimcellen van het immuunsysteem binden aan de antistoffen en nemen zo met bloedplaatje en al op, waardoor de bloedplaatjes worden afgebroken. Kapur bootste de FNAIT problematiek na met een in het lab gemaakte antistof, waaraan hij verschillende hoeveelheden fucose koppelde. De onderzoeker liet de lab-antistoffen binden aan een synthetisch molecuul dat hij op bloedplaatjes had geplakt. Hij vond dat immuuncellen sterker bonden aan de lab-antistoffen met weinig fucose, en zag daarbij ook meer afbraak van bloedplaatjes. Vervolgens deed hij een soortgelijk experiment met FNAIT-antistoffen, en vond ook daar dat de antistoffen met het laagste fucosegehalte het gevaarlijkst waren en tot de meeste afbraak van bloedplaatjes leidde.

Gezonde baby's

“We willen nu bij een groter aantal FNAIT-moeders het fucosegehalte van de FNAIT-antistoffen gaan bepalen en zo de test valideren”, zegt Kapur. “Daarvoor werken we nauw samen met de afdeling Trombocyten/Leukocyten Serologie van de divisie Diagnostiek bij Sanquin. Doordat we met deze test het risico op ernstige FNAIT beter kunnen voorspellen is een screeningsprogramma dichterbij gekomen. Op dit moment wordt de ziekte vaak pas bij de geboorte ontdekt.” FNAIT-moeders die opnieuw zwanger raken worden goed gemonitord en behandeld met een hoge dosis intraveneus immuunglobuline (IVIG), een medicijn dat uit plasma van bloeddonors wordt gewonnen. ”We hopen dat in de toekomst bij alle risicovolle FNAIT-zwangerschappen tijdig met medicijnen kan worden ingegrepen zodat nog meer baby’s gezond ter wereld komen.”
Dit onderzoek is als hoofdartikel gepubliceerd in het gerenommeerde tijdschrift Blood. Bovendien werd er in dit nummer ook nog een redactioneel stuk aan gewijd.

Meer weten?

Dit artikel is eerder geplaatst op www.sanquin.nl/actueel

Geen opmerkingen:

Een reactie posten